Een patiënt heeft altijd recht op het laatste woord

Werkers in de gezondheidszorg hebben een prachtig, maar ingewikkeld beroep.

Ze moeten niet alleen een kunstje leren, maar deze ook nog eens toepassen op elke individuele patiënt. Dat lijkt simpel toch?

Stel: De arts heeft besloten dat mw. Jansen een blaaskatheter nodig heeft. Het klusje zelf is zo geklaard, dat heeft de verpleegkundige goed in vingers. Maar mevrouw Jansen moppert wat en heeft problemen met de opdracht van de dokter. Mw. Jansen zegt tegen de verpleegkundige: “Ik zie er echt tegenop,
je denkt toch niet dat ik met zo’n zakje aan mijn been over de gang ga lopen?”

Een aantal mogelijke reacties:

vpk 1 (denkt): “O nee hè, dit komt me nu helemaal niet gelegen, ik doe maar net alsof ik het niet hoor,ik heb nu geen tijd om in gesprek te gaan.”
vpk 2 (zegt): “Ach, mevrouw Jansen, dat snap ik, maar er is geen andere keus, dat heeft de dokter u toch al uitgelegd?”
vpk 3 (denkt): “Die mevrouw is de jongste niet meer, wat is het probleem?”
vpk 4 (denkt): “Dat herinnert me aan mijn oma, die zou dit ook vreselijk gevonden hebben”
vpk 5 (zegt): “Wat vind u daar zo moeilijk aan mw. Jansen?”
vpk 6 (zegt): “Ik breng eerst de katheter in, moet dan andere dingen doen, maar ik kom er bij u op terug.”
vpk 7 (zegt): “Tja, dat is ook vervelend, maar hopelijk went u eraan”.
vpk 8 (zegt): “Dan doet u toch een lange pyjamabroek aan, dan ziet niemand er iets van.”
vpk 9 (nonverbaal): Trekt haar wenkbrauwen op en glimlacht een keer.

Uit de beroepscompetenties voor verpleegkundigen kun je opmaken dat er van je verwacht wordt dat je je kunt inleven in de gevoelens van de patiënt.

Maar hoe ziet dat er dan in deze specifieke casus uit?

De verpleegkundige vindt er als persoon namelijk zelf ook iets van en reageert vanuit haar eigen referentiekader.

Even inzoomen op verpleegkundige 1: Het voorval flitst s avonds thuis nog even door haar hoofd. Het was niet aardig van haar dat ze de opmerking van de patiënt genegeerd heeft. Maar ja, ze had het druk en ervoer stress omdat er nog veel werk op haar lag te wachten. Logisch toch dat het even niet uitkwam om met die mevrouw in gesprek te gaan? Een volgende keer beter… De verpleegkundige is moe na haar werkdag en valt in slaap. De volgende dag staat zij op een andere zaal en zij vergeet het voorval. Ik acht de kans klein dat verpleegkundige 1 er lering uit getrokken heeft op het moment dat er opnieuw een dergelijke situatie ontstaat.

Ik weet niet hoe het jou vergaat, maar ik heb het liefst verpleegkundige 5 aan mijn bed. Dan voel ik me serieus genomen. Alleen: als patiënt heb ik geen keus. Ik moet accepteren dat de zaalverpleegkundige voor mij wordt geselecteerd. Alle 9 verpleegkundigen hebben de beste bedoelingen en willen goede zorg leveren, dat staat buiten kijf. Door welke verpleegkundige wil jij verpleegd worden en waarom? En als je verpleegkundige bent, herken je jezelf of heb je misschien nog een mogelijke reactie toe te voegen?

Het kunstje wordt toegepast door een verpleegkundige die zichzelf als persoon meeneemt naar de individuele patiënt.

Heeft elke verpleegkundige de impact van het meenemen van de eigen persoon in de communicatie met de patiënt net zo goed in de vingers als dat kunstje zelf?

Is het zinvol om na te denken over dit ogenschijnlijk kleine detail in de zorgverlening? Zullen we het antwoord bij mevrouw Jansen ophalen?

Mijn naam is Gerry Hulst!

Mijn naam is Gerry Hulst en er stroomt psychiatrisch verpleegkundig bloed door mijn aderen. Ik werk graag met verpleegkundig specialisten, verpleegkundigen en middenmanagers in de zorg. Het gaat me aan het hart dat zij het lastig vinden om zich stevig te positioneren binnen de krachtenvelden in de zorg. Zij leren bij mij hoe ze met meer zelfvertrouwen én ontspannen in hun werk en leven kunnen staan. Alle personages en gebeurtenissen in mijn blogs zijn fictief. Wanneer je jezelf of een collega meent te herkennen berust dat op toeval.

Gerry Hulst - coach voor de zorg
Scroll naar boven